Henk Badings

Henk Badings, in 1907 in Bandoeng uit Nederlandse ouders geboren, kwam reeds jong als wees naar Nederland. Hij studeerde aan de Technische Hogeschool te Delft, waar hij in 1931, na het Cum Laude behalen van zijn graad, werd benoemd als assistent in de geologie. Gelijktijdig ontwikkelde hij zich grotendeels autodidactisch als componist. Zijn eerste symfonie werd al in 1930, dus nog vóór het beëindigen van zijn ingenieursstudie, uitgevoerd door het Concertgebouworkest, wat in feite een professionele erkenning als componist betekende.

Na enkele jaren van wetenschappelijk werk stapte Badings geheel over op de muziek. Hij was hoofdleraar voor compositie bij verschillende muziekscholen en conservatoria, later ook co-drecteur en directeur, voordat hij zich geheel aan het componeren ging wijden. Toch werd hij telkens weer in pedagogisch werk betrokken: zo was hij onder meer verbonden aan de Universiteit van Adelaide (Australië), aan het Point Park College in Pittsburg (U.S.A.), aan de Musikhochschule te Stuttgart en aan de Universiteit van Utrecht.

Van alle hedendaagse Nederlandse componisten kreeg Badings in het buitenland de meeste bekendheid. Hij verwierf tal van prijzen en eerbewijzen, zoals tweemaal de Italia-prijs, de Paganiniprijs, de Accademia Chigiana-prijs, de koorprijs van de Franse radio, de Marzotto-prijs, een Salzburg-award en tal van Nederlandse prijzen.

De werken waarmee Badings deze prijzen verwierf, wijzen al op zijn brede muzikale belangstelling. Badings heeft zich werkelijk op alle muzikale terreinen bewogen, van pianobundels voor beginners tot oratoria, van eenvoudige liederen tot symfoniën. Vooral de symfonische werken vestigden zijn naam in het buitenland en, niet te vergeten, zijn radio-fonische opera Orestes, die door meer dan 900 radiostations uitgezonden is. Zijn electronische balletmuzieken gingen in beroemde operahuizen, als de Weense Staatsopera. Op latere leeftijd is Badings ook voor blaasorkest gaan schrijven. Een aantal werken ontstond in Pittsburg, in opdracht van het American Wind Symphony Orchestra van Robert Boudreau. Later volgden ook composities voor Symphonic Band, onder andere Reflections en Transitions.

Badings overleed op 26 juni 1987 te Maarheeze.


Armageddon

for Soprano Solo, Wind Symphony Orchestra with tape.

Armageddon is vernoemd naar de Bijbelse plaats, waar volgens het Boek Openbaringen 16, 16 de koningen der aarde de eindstrijd zullen leveren tegen het Rijk Gods. Het was vanouds het slagveld en daardoor symbool voor de ondergang der vijandelijke machten.

Armageddon omvat zeven delen die in elkaar overgaan. Opvallend zijn de sterke contrasten op verschillende niveaus, onder andere de dynamiek, de melodiek en de inhoud: tegenover aggresieve passages staan andere met een religieus karakter; deel 6 is een koraal, in deel 7 worden enkele strofen uit het Dies Irae gezongen, wat overigens tenslotte in het orkestgeweld ten onder gaat.

Bezetting

esfluit, fluit, altfluit, basfluit, hobo, oboe d'amore, engelse hoorn, heckelphone, 2 fagot, 2 contrafagot, klarinet, 2 basklarinet, contrabasklarinet, 6 hoorn, 6 trompet, 6 trombone, bastuba, 10 pauken, slagwerk, celesta, piano, sopraan, tape.

Uitvoeringen


Concerto for Harp and Windorchestra

  1. Lento - Allegro
  2. Grave
  3. Presto
Het Harpconcert werd in 1967 geschreven voor harp en blaasorkest, nog steeds een zeldzame combinatie. Het is opgedragen aan harpiste Phia Berghout uit waardering voor haar werk als leidster van de Eduard van Beinumstichting.

Het eerste deel begint met een langzame inleiding met vage ritmische en melodische figuren waaruit het thematisch materiaal van het hele concert is gegroeid. Een korte harpcadens voert naar het eerste snelle deel, dat met een harpsolo inzet. Een tweede thema klinkt daarna in de harp samen met het orkest, terwijl een derde melodische lijn door de fagot wordt voorgedragen, omspeeld door harpfiguren. Het volle orkest brengt vervolgens een vierde thema van martiaal karakter.

Het tweede deel, Grave, is uitsluitend voor harp en slaginstrumenten geschreven. De harp ontwikkelt een elegisch-lyrisch gegeven boven een ostinate figuur in de pauken, waaraan geleidelijk andere slaginstrumenten en celesta worden toegevoegd.

Het derde deel heeft een speels karakter. Verschillende ritmische figuren leveren gaandeweg het materiaal voor het hoofdthema. De eraan voorafgaande harpsoli bevatten respectievelijk een thema dat verwand is aan het begin van het eerste deel en een hoofdthema, dat lijkt op het martiale thema uit deel 1, maar tot een nieuwe gedachte wordt omgevormd die uitbundig door de koperblazers wordt geïntoneerd. Na een concertante verwerking volgt de afsluiting. De orkestbezetting is een beperktere versie van die in Armageddon.

Uitvoeringen


Epiphany

Variations on a Ticinese Folksong I Tre Re for Band.

Epiphany is geschreven voor de Musikfeste te Uster in Zwitserland in opdracht van de radio te Zürich. Het werk bestaat uit een inleiding, thema en negen variaties. Het thema is een Driekoningenlied, I Tre Re, afkomstig uit het kanton Ticino, gelegen in het Italiaanse gedeelte van Zwitserland. De eerste uitvoering vond plaats in Uster in 1981 door harmonie-orkest Sint Michael uit Thorn (L) onder leiding van Walter Boeykens.

Epiphany (verschijning) is geschreven voor harmonie-orkest Europese stijl (weinig klarinetten, 1 hobo, 1 fagot, weinig fluiten, meerdere baritons).

Uitvoeringen

Bezetting

piccolo, 2 fluit, hobo, fagot, esklarinet, 3 klarinet, altklarinet, basklarinet, 2 altsax, tenorsax, baritonsax, 2 hoorn in F, 2 hoorn in Es, 3 cornet, 3 trompet, 3 trombone, bariton, tenortuba, esbas, bastuba, pauken, 2 percussie.

Reflections

  1. Impressions
  2. Interplay
  3. Evolutions
Reflections is gecomponeerd voor het muziekfeest van de American Bandmasters Association in 1981 te Washington D.C. en opgedragen aan Colonel Arnold Gabriel en zijn United Stated Airforce Band.

De titel Reflections heeft betrekking op enige betekenissen van dit woord, namelijk weerkaatsingen, spiegelbeelden, maar ook overwegingen. Spiegelbeelden - of muzikaal gesproken: omkeringen of tegenbewegingen - komen in tal van vormen voor. Zo worden bijvoorbeeld de vijf maten inleiding van het eerste deel gevolgd dcoor een tegenbeweging. Bovendien worden hier op het spiegelmoment de vorige zes toonkwaliteiten uitgefilterd en vervangen door zes andere. Deze wisseling van toonkwaliteiten speelt in dit deel ook verder een grote rol, al ligt de nadruk hier meer op de betekenis overweging. Er ontstaan telkens andere indrukken van klankkleur, melos of ritme, die uit elkaar volgen in een reeks van ontwikkelingen en tegenstellingen. Hierop doelt de titel van het langzame eerste deel: Impressions.

Het tweede deel, Interplay, is alleen voor slagwerk geschreven. De wisselwerking, waarop de titel doelt, ligt hier tussen de instrumenten met en zonder verschillende toonhoogte, dus tussen pauken, xylofoon, vibrafoon enz. enerzijds, en trommels, bekkens enz. anderzijds. Ook in dit deel spelen spiegelingen een grote rol. Er zijn drie onderdelen: een ritmisch begin, een bitonaal middendeel en een aleatorisch slot. De gecompliceerde muziek anticipeert herhaaldelijk op motieven uit het laatste deel en vormt zodoende een verbinding.

Ook het snelle derde deel, Evolutions, heeft tal van weerkaatsingseffecten. De titel van dit deel heeft betrekking op het feit, dat er zowel motieven uit het eerste als uit het tweede deel in ontwikkeld worden. Zo zijn om een voorbeeld te noemen, de aanhef van het eerste en derde deel verwant. Daarna volgt een episode met onmiskenbare spiegelingen, ten dele ook met de in het eerste deel voorkomende toonkwaliteitstegenstellingen. De langzame middenepisode is overwegend koper wordt afgewisseld door een Scherzando-episode in het hout, die onderbroken wordt door het ritme van 3+3+2 achtsten, dat reeds een rol speelde in Interplay. Het deels aleatorische coda wordt gedomineerd door een cantus firmus in de trombones.

Uitvoeringen

Bezetting

piccolo, 2 fluit, 2 hobo, 2 fagot, esklarinet, 3 klarinet, altklarinet, basklarinet, contrabasklarinet, 2 altsax, tenorsax, baritonsax, 4 hoorn, 3 cornet, 3 trompet, 3 trombone, bariton, bastuba, contrabas, pauken, 2 percussie, celesta.

Transitions

Henk Badings schreef zijn Transitions (1973) in opdracht van de Amerikaanse College Band Directors National Association. Het werk is gecomponeerd voor de uitgebreide bezetting die kenmerkend is voor de Amerikaanse symphonic band: alle soorten klarinetten, tot en met de contrabasklarinet, trompetten, cornetten, enz., en een grote slagwerkafdeling, met in dit geval zelfs twee stel pauken. Ook naar zijn aard (en naam) past Transitions binnen de traditie aldaar.

Transitions drukt een bepaalde behandeling van thematisch materiaal uit: bijvoorbeeld de omvorming van een bepaald thema, het metrisch worden van wat aanvankelijk ongeordend schijnt te zijn, de overgang van de ene toonsoort in de andere, van vaag naar transparant, soms ook de wisselwerking tussen links en rechts, snel en langzaam.

Uitvoeringen


ABC Home