Gustav Holst heeft driemaal een werk geschreven voor groot blaasorkest, de
Engelse militairy band. De twee eersten zijn de bekende Suites
(respectievelijk uit 1909 en 1922), die beiden tot het standaardrepertoire zijn
gaan behoren. De laatste bijdrage van Holst, Hammersmith: prelude and scherzo,
aan het repertoire is veel minder
bekend, ondanks zijn bijzondere kwaliteiten.
Holst schreef Hammersmith: prelude and scherzo in 1930, in opdracht
van de BBC, die er toen zelf een hooggekwalificeerde militairy band op na hield.
Daardoor ook was de componist in de gelegenheid een werk te schrijven dat hoge
en technische eisen stelt.
Hammersmith is genoemd naar de Londense wijk, waar Holst gedurende dertig jaar
gewoond heeft. Met zijn felle tegenstellingen vormde Hammersmith als het ware
de belichaming van de contrasten die het menselijk leven, zoals Holst dat zag, kenmerken:
het aardse tegenover het bovenaardse of mystieke, in een voortdurende gespannen
verhouding tot elkaar. Zo ademt het Prelude een in zichzelf gekeerde, buitenaardse
sfeer, terwijl het Scherzo juist een emotioneel, vrolijk en extrovert karakter
heeft. Aan het eind blijken beide elementen toch verenigbaar zonder dat de een de ander
overheerst.
Uitvoeringen
Bezetting
piccolo, fluit, 2 hobo, 2 fagot,
esklarinet, 4 klarinet,
altsax, tenorsax,
2 cornet, 2 trompet, 4 hoorn, 3 trombone, bariton, tenortuba, bastuba,
pauken, percussie.
ABC Home