Karel Mengelberg

(1902-1984)
Het was niet meer dan een samenloop van omstandigheden die Mengelberg, destijds 31 jaar oud, naar Spanje had gebracht. Vanaf 1930 had hij in Berlijn gewerkt als muzikaal adviseur van de Reichs Rundfunk-Gesellschaft en chef-toonmeester van de Deutschlandsender. Zijn echtgenote, de harpiste Rahel Draber, was half joods. Meer was er niet nodig om in het Duitsland van 1933 je baan kwijt te raken.

In die benarde situatie was het aanbod van zijn zuster Leen en haar man Lou Lichtveld (beter bekend als de schrijver Albert Helman) om bij hen in te trekken meer dan welkom. De Lichtvelds woonden met hun drie kinderen in San Cugat del Vallès, een dorpje in de omgeving van Barcelona. Het leven was er goedkoop, Mengelberg en zijn vrouw konden het er, dankzij een klein spaarpotje, geruimte tijd uithouden. Want professioneel gesproken had Barcelona hun weinig te bieden.

De kennismaking met de toen wereldberoemde Banda Municipal (zie het artikel van Karel Mengelberg in de Groene Amsterdammer van 21 juli 1934) bracht Mengelberg op de gedachte een stuk voor dit blaasorkest van tachtig musici de componeren. Het werd Catalunya renaixent (Catalonië herboren): een duidelijke vingerwijzing naar het Catelaanse nationalisme, dat zich al sedert het midden van de negentiende eeuw roerde en dat zich kort tevoren, in 1931, het jaar dat in Spanje de Tweede Republiek werd ingesteld, zelfs een bescheiden mate van autonomie bevochten had.

Het was (afgezien van de Tagore-liederen voor sopraan en orkest uit 1925) Mengelbergs eerste compositie voor grote bezetting. Nietemin was hij bepaald geen beginneling meer. Hij was als componist geschoold door Willem Pijper, wiens invloed overigens, getuige Mengelbergs tamelijk romantische geörienteerde schrijfwijze, beperkt gebleven is. Tijdens zijn studie aan de Hochschule für Musik in Berlijn had hij bovendien in zijn onderhoud voorzien met leerzame arbeid: het vervaardigen van talloze instrumentaties en piano-uitreksels.


Catalunya Renaixent

'esbós simfónic per a orquestra de vent'; dedicat a la Banda Municipal de Barcelona i sa illustre director En Joan Lamote de Grignon.

Catalunya renaixent heeft oorspronkelijk als ondertitel: Esbos simfonic per a orquestra de vent ('Symfonische schets voor blaasorkest'). Het woord esbos is later vervangen door evocacio ('evocatie'). Schets of evocatie, dat is om het even. Belangrijker is het symfonische aspect. De Banda was, met zijn luxueuze bezetting, een waarige tegenhanger van het traditionele symfonie-orkest. Het omvangrijke klarinettenensemble had om en nabij de dragende functie van de strijkers overgenomen.

Mengelberg heeft zich ingespannen om alle kleuren en instrumenten van het ensemble, zowel in combinatie als afzonderlijk, te laten schitteren. Tegenover Spaanse colour locale, met gulle hand aangebracht rondom een sardana (de authentieke Catalaanse volksdans), heeft hij echter een Noordeuropees - zo men wil typisch Nederlands - element gezet: een koraalmelodie.

Het werk opent met de koraalmelodie, doorsneden met flarden Spaanse muziek in de exotische 7/8-ste maatsoort. De verschijning van het sardana-thema, eerst in de klarinetten en later, na een door drie xirimies (Catalaanse volksinstrumenten met hobo-achtige klankkleur) gedomineerd intermezzo, in de saxofoons, leidt tot een climax, waarin een contrasterend klopmotief verschijnt. Dit alles wordt in gecondenseerde, gevarieerde vorm herhaald. Een lange cadens, waarin de verschillende secties van het orkest zich afzonderlijk presenteren, leidt naar een grandioze, door het orgel ondersteunde, slotpassage, waarin het koraal, het klopmotief en de sardana optreden.

Mengelberg zelf leidde de eerste uitvoering van zijn compositie, die de Banda - onder zijn vaste chef Joan Lamote de Grignon - daarna vermoedelijk nog verscheidene malen heeft uitgevoerd. De toehoorders zullen er veel in hebben herkend, maar waarschijnlijk niet de koraalmelodie. Het is die van Psalm 72:

Geef, Heer, de koning Uwe rechten en Uw gerechtigheid
aan 's konings zoon, om Uwe knechten te richten met beleid.
Dan ruist op alle bergen vrede, heil op dern heuvlen top.
Hij zal geweldenaars vertreden, maar armen richt Hij op.
Er zijn vele andere berijmingen van deze melodie. Het staat niet vast of Mengelberg deze of enige tekst bij het componeren in gedachten had. Hoe dan ook, de bede om vrede was aan dovemansoren gericht. Twee jaar later, in 1936, brak de Burgeroorlog uit. Die maakte, samen met het daaropvolgende Franco-regime, niet alleen een einde aan een half miljoen mensenlevens, maar ook aan het Catalaanse nationalisme, en - in één moeite door - aan het bestaan van de Banda Municipal de Barcelona. Maar dirigent Lamote wist het orkestmateriaal in veiligheid te brengen, en zo komt het dat het Amsterdams Blazers Collectief Catalunya renaixent speelt uit de door Mengelberg zelf uitgeschreven partijen. (Frits van der Waa, met dank aan mevrouw R. Mengelberg-Draber).

Uitvoeringen

Bezetting

piccolo/fluit, 4 fluit, 2 hobo, althobo, 2 fagot, contrafagot, 3 xirimia, asklarinet, 3 esklarinet, 2 klarinet, 2 altklarinet, 2 basklarinet, sopraansax, 2 altsax, 2 tenorsax, 2 baritonsax, bassax, 3 cornet in C, 3 trompet in F, esbugel, 2 bugel, 2 althoorn, 4 hoorn, 4 trombone, 2 bariton, 4 bombardino, 2 esbas, 2 besbas, 2 contrabas, orgel, carillon, 4 slagwerk.
ABC Home