Arno Bornkamp

Arno Bornkamp werd geboren in 1959 te Amsterdam. In 1979 werd hij toegelaten tot de saxofoonklas van Ed Bogaard aan het Sweelinck Conservatorium te Amsterdam. Reeds tijdens zijn studie kreeg hij de kans om solistisch met orkest op te treden. Zijn debuut maakte hij in 1982 te Rome met het Concertino da camera van Jacques Ibert. Dit werd in 1983 vervolgd door acht optredens met het Nationaal Jeugd Orkest, waarmee hij de Rhapsodie van Claude Debussy voor altsaxofoon en orkest uitvoerde. In de daaropvolgende jaren speelde hij met uiteenlopende orkesten de Fantasia van Heitor Villa-Lobos, Scaramouche van darius Milhaud, Concerto van Alexander Glazoenov, Concertino van Hans Kox, Légende van Florent Schmidt en het Saxofoonconcert van Simon Burgers. Van de laatst genoemde werken gaf hij repectievelijk de Nederlandse première (1985) en de wereldpremière (1988).

Nadat hij in 1986 zijn studie met de hoogst mogelijke waardering van een internationale commissie had afgesloten, werd Arno Bornkamp door het ministerie van WVC in staat gesteld om in Parijs bij de vermaarde Daniël Deffayet zijn studie te vervolgen. In datzelfde jaar werd hij onderscheiden met de Zilveren Vriendenkrans van de Vereniging Vrienden van het Concertgebouw en het Concertgebouworkest en met de hoofdprijs op de kunstmanifestatie Start86 (samen met zijn vaste pianist Ivo Janssen) en werd hij aangesteld als hoofdvakdocent aan het Twents conservatorium. Arno Bornkamp is in 1988 toegelaten tot de Nederlandse Muziekprijs. (1988)

Arno Bornkamp trad op met het Amsterdams Blazers Collectief op 12 maart 1988 (in de Bachzaal, Amsterdam), op 27 maart 1988 (in De Doelen, Rotterdam) op 4 september1989 (in Paradiso, Amsterdam) op 24 juni 1989 (Trefpunt Wilton-Feyenoord, Schiedam) en op 25 juni 1989 (Streekschouwburg, Cuyk) met het Concert voor altsaxofoon en harmonie-orkest van Simon Burgers.


ABC Home